Niederländisch » Deutsch

Übersetzungen für „aandeel“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

(Springe zu Deutsch » Niederländisch)

aan·deel <aan|delen> [andel] SUBST nt

1. aandeel (deel van gemeenschappelijk bezit):

aandeel
Anteil m
het evenredig aandeel
Quote f
aandeel hebben aan iems ongeluk
an jds Unglück Dat mitschuldig sein
aandeel hebben in een zaak/in de winst econ.
Anteil an einem Geschäft haben/am Gewinn beteiligt sein
aandeel in een zaak hebben
an einer Sache teilnehmen

Beispielsätze für aandeel

gewoon aandeel
Stammaktie
preferent aandeel
Vorzugsaktie f
een certificaat van aandeel
ein Aktienzertifikat
het evenredig aandeel
Quote f
aandeel op naam
Namensaktie f
aandeel aan toonder
Inhaberaktie f
aandeel in een zaak hebben
an einer Sache teilnehmen
aandeel hebben aan iems ongeluk
an jds Unglück Dat mitschuldig sein
hij betwistte mij mijn aandeel
er machte mir meinen Anteil streitig
het aandeel in een vennootschap
der Gesellschaftsanteil
een werkzaam aandeel in iets hebben
sich aktiv an etw beteiligen
aandeel hebben in een zaak/in de winst econ.
Anteil an einem Geschäft haben/am Gewinn beteiligt sein

Wörterbuch durchsuchen

Niederländisch

Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski
Wörterbücher durchsuchen
Beliebteste