Niederländisch » Deutsch

Übersetzungen für „gewaarworden“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch (Springe zu Deutsch » Niederländisch)

ge·waar·wor·den <werd gewaar, i. gewaargeworden> [ɣəwarwɔrdə(n)] VERB trans

1. gewaarworden +Gen o Akk:

gewaarworden (zien)
gewaarworden (zien)
gewahr werden form +Gen o Akk
gewaarworden (opmerken)

2. gewaarworden (merken, beseffen):

gewaarworden
gewaarworden
gewahr werden form

3. gewaarworden:

gewaarworden (ervaren)
gewaarworden (gevoelen)
dat zal je gewaarworden!

Beispielsätze für gewaarworden

dat zal je gewaarworden!

Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski