Niederländisch » Deutsch

Übersetzungen für „opwellend“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

(Springe zu Deutsch » Niederländisch)

Ergebnis-Übersicht

op·wel·len: Verb
op·wel·ling: Nomen
op·wek·kend: Adjektiv und Adverb
op·val·lend: Adjektiv und Adverb

Meintest du vielleicht: opwellen , opvallend , opwekkend und opwelling

op·wel·len² <welde op, h. opgeweld> [ɔpwɛlə(n)] VERB trans (even opkoken)

opwellen

(kurz) aufkochen (lassen)

op·wel·ling <opwelling|en> [ɔpwɛlɪŋ] SUBST f

1. opwelling (plotselinge gemoedsgesteldheid):

opwelling

Ausbruch m

opwelling

Anwandlung f

opwelling

Regung f

in een opwelling van drift

im Jähzorn

een opwelling van medelijden

eine Regung von Mitleid [o. des Mitleids]

2. opwelling (dat wat in het gemoed opkomt):

opwelling

Gefühlsregung f

opwelling

Gemütsbewegung f

op·wek·kend <opwekkende, opwekkender, opwekkendst> [ɔpwɛkənt] ADJ

opwekkend

aufmunternd

opwekkend med.

stimulierend

opwekkend med.

anregend

op·val·lend [ɔpfɑlənt] ADJ

opvallend

auffallend

opvallend

auffällig

Wörterbuch durchsuchen

Niederländisch

Übersetzungen für „opwellend“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

op·wel·len2 <welde op, h. opgeweld> [ɔpwɛlə(n)] VERB trans (even opkoken)

op·wel·ling <opwelling|en> [ɔpwɛlɪŋ] SUBST f

1. opwelling (plotselinge gemoedsgesteldheid):

2. opwelling (dat wat in het gemoed opkomt):

op·wek·kend <opwekkende, opwekkender, opwekkendst> [ɔpwɛkənt] ADJ

op·val·lend [ɔpfɑlənt] ADJ

Wörterbuch durchsuchen

Links zu weiteren Informationen

Feedback

Vokabeltrainer

Synonyms

Mein Suchverlauf

op·wel·len² <welde op, h. opgeweld> [ɔpwɛlə(n)] VERB trans (even opkoken)