Niederländisch » Deutsch

Übersetzungen für „uitdraaien“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

(Springe zu Deutsch » Niederländisch)

uit·draai·en1 <draaide uit, i. uitgedraaid> [œydrajə(n)] VERB intr übtr (uitlopen, neerkomen)

uitdraaien
waar moet dat op uitdraaien?

uit·draai·en2 <draaide uit, h. uitgedraaid> [œydrajə(n)] VERB trans

1. uitdraaien (door draaien uithalen):

uitdraaien

2. uitdraaien (uitdoen):

uitdraaien
uitdraaien

3. uitdraaien comput.:

uitdraaien

Beispielsätze für uitdraaien

iem een poot uitdraaien übtr (beetnemen)
waar moet dat op uitdraaien?

Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski