Niederländisch » Deutsch

Übersetzungen für „unterschiedlichen“ im Niederländisch » Deutsch-Wörterbuch

(Springe zu Deutsch » Niederländisch)

Ergebnis-Übersicht

neer·schie·ten: Verb
ver·schie·ten: Verb
ˈover·schie·ten: Verb
ge·schie·den: Verb

Meintest du vielleicht: neerschieten , geschieden , overschieten und verschieten

neer·schie·ten¹ <schoot neer, i. neergeschoten> [nersxitə(n)] VERB intr

neerschieten (naar beneden storten: voorwerpen)

neerschieten (naar beneden storten: voorwerpen)

neerschieten (naar beneden storten: vogels)

ver·schie·ten¹ <verschoot, h. verschoten> [vərsxitə(n)] VERB trans (schietend verbruiken)

verschieten

ˈover·schie·ten¹ <schoot over, h. overgeschoten> [ovərsxitə(n)] VERB trans (over iets heen schieten)

overschieten

schießen über +Akk

de middenvoor schoot (de bal) hoog over

der Mittelstürmer schoss (den Ball) hoch über das Tor

ge·schie·den <geschiedde, i. geschied> [ɣəsxidə(n)] VERB intr

1. geschieden ugs (gebeuren):

het ongeluk is gisteren geschied

der Unfall hat sich gestern ereignet

2. geschieden (overkomen):

3. geschieden (gedaan, verricht worden):

de betaling is geschied

die Zahlung ist erfolgt

Uw wil geschiede

dein Wille geschehe

wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet Sprichw

was du nicht willst, dass man dir tu, das füg auch keinem andern zu

Linguatec

Wörterbuch durchsuchen

Niederländisch

Seite auf Deutsch | English | Español | Italiano | Polski